Uilen staan bekend als mysterieuze en wijze vogels. Waarom zien we overdag bijna nooit een uil en waarom vliegen ze zo geruisloos door de nachtelijke hemel? Luister naar dit sprookje over zijn tragische lot:
Alle vogels stonden druk piepend en krijsend op de open plek in het bos. Wat waren ze allemaal boos! Boos over de sluwe en misleidende trucs van het kleine vogeltje. Het was niet eerlijk dat hij op slinkse wijze de wedstrijd over het koningschap van de vogels had gewonnen[1]. Hij moest worden gestraft! Maar wat was een passende straf? Hierover moest vergaderd worden. Daarom werd het vogeltje gevangen gezet in een muizenholletje. Hij paste maar net in het krappe holletje. Omdat hij een slim vogeltje bleek te zijn was er een goede bewaker nodig. Alle vogels waren het er over eens dat de stoere, brede en vooral slimme uil de beste cipier was. De uil stond geduldig voor de uitgang van het muizenholletje en keek met zijn grote ronde ogen alert rond.
Urenlang praatten de vogels over de straf die het winterkoninkje verdiende. De meningen liepen uiteen. En ondertussen hield de uil vele uren de wacht….en viel tenslotte in slaap. Toen het slimme vogeltje dit ontdekte, ontsnapte hij stilletjes en vluchtte in het dichte kreupelhout. Daar aangekomen zong hij diep verscholen brutaal zijn triomfantelijke lied.
Wat waren de vogels razend toen ze ontdekten dat de kleine brutale vogel was ontsnapt door de onoplettendheid van de uil. Niet alleen het kleintje maar ook de uil moest gestraft worden voor zijn enorme blunder. Weer moest er vergaderd worden over een passende straf.
De wijze uil zag de bui al hangen en vluchtte. De trotse vogel wilde de vernedering van een uitbrander niet ondergaan. Sinds die dag laat hij zich overdag niet meer zien aan zijn soortgenoten. Pas als het donker is en alle anderen slapen, komt de uil tot leven. Hij heeft zich aangeleerd geruisloos te vliegen door de donkere nacht, zodat geen enkele vogel wakker wordt om alsnog wraak te nemen.
Ook heeft de uil sindsdien een enorme hekel aan muizen die ellendige muizenholletjes maken waaruit gevangenen ontsnappen. Daarom jaagt de uil iedere nacht op muizen.
In Nederland komen vier uilensoorten voor: geschat wordt dat er zo’n 12.000 ransuilen,10.000 bosuilen, ongeveer 4.000 kerkuilen en slechts 70 velduilen zijn. Met uitzondering van de bosuilen, nemen de aantallen uilen gestaag af. Omdat uilen nachtdieren zijn en zich overdag goed gecamoufleerd verstoppen om te slapen (roesten) is niet bekend hoeveel er precies zijn. Uilen vliegen geruisloos omdat hun vleugels speciale veren hebben waardoor ze in de stilte van de nacht de muizen niet afschrikken.
[1] Lees eerst het sprookje over de winterkoning op pag.
© Els Baars, Natuurverhalen.nl