een wonder van de natuur

Een wonder van de natuur

De atalanta is een beestje zo licht als een veertje. Een wonder van de natuur. Deze tere trekvlinder is een langeafstandsvlieger die ongelofelijke afstanden aflegt. Een vlinder die niet alleen navigeert als een vogel, maar ook min of meer vaste trekroutes heeft. Hij of zij is een snelle vlieger die wel 15 km per uur kan vliegen, net zo snel als een gemiddelde fietser. In het voorjaar kan hij in vijf weken van Noord-Afrika naar Finland vliegen, zo’n 5000 km! Deze bijzondere vlinder kan koers houden als hij de Noordzee overvliegt. Natuurlijk vliegen ze het liefst met wind mee, maar tegenwind lukt ook. Ze vliegen laag bij de grond of hoog in de lucht en trekken zelfs over het hooggebergte van de Alpen en de Pyreneeën. Een bijzondere prestatie voor een beestje dat nauwelijks een paar gram weegt.
De atalanta, ook wel admiraalvlinder genoemd, is de vlinder die het meest voorkomt in Nederland. Je ziet ze ook nu in de nazomer veel vliegen: donkerbruine vlinders met de oranje strepen en witte stippen op de vleugels.

Enkele reis
Een atalanta vliegt alleen enkele reis. De vlinders die in het voorjaar vanuit Noord-Afrika en Zuid-Europa noordwaarts trekken, leggen onderweg eitjes in de grote brandnetel. Ze vliegen tot de vleugels rafelig versleten zijn en sterven dan. De vlinders die in Leiderdorp geboren worden vliegen in het najaar weer zuidwaarts omdat het hier te koud wordt. De laatste twintig jaar overwinteren, door het veranderende klimaat, steeds meer atalanta’s in ons land.

Rottend fruit buiten zetten
Ze houden geen winterslaap. Vlinders zijn koudbloedige insecten die door de zon opgewarmd moeten worden. Daarom zien we ze vaak met gespreide vleugels rusten zodat de donker gekleurde vleugels goed de warmte van de zon kunnen opvangen. Op warme winterdagen zie je ze vliegen op zoek nectar. Helaas bloeien er dan weinig bloemen. Je kunt ze helpen door ‘s winters rottend fruit buiten te zetten.
In rust hebben ze perfecte schutkleuren. Met gesloten vleugels rusten ze graag op boomschors. Je ziet ze dan nauwelijks door de grijzige tekening van de ondervleugels.

Alleen op de grote brandnetel
In de zomer kan je de mannetjes een territorium zien verdedigen. Ze jagen alle concurrenten weg en verleiden een vrouwtje. Nadat een vrouwtje een mannetje heeft goed gekeurd paren ze hoog in de bomen.
De eitjes worden uitsluitend op de grote brandnetel gelegd. En die hebben we genoeg in onze omgeving.
Slecht één tot vijf procent wordt uiteindelijk vlinder. Zowel rupsen als vlinders zijn prooidieren. De meeste atalanta’s worden onderweg worden opgegeten door vogels, padden en kikkers, of bezwijken tijdens de lange barre trektocht.
Gelukkig blijven er miljoenen over om van te genieten.

gepubliceerd in LW 03-09-2017
Tekst Els Baars; Foto: Mike Melis, natuurklik.nl;

Post Author
Els Baars
Natuurverhalen